Men kent twee manieren tot iriseren: het rechtstreeks iriseren in het vuur, hetgeen tijdens de bewerking in warme toestand gebeurt, door het met een blaaspijp of puncteerstang ondersteunde voorwerp aan rook of dampen van metaaloxyden (elk metaal veroorzaakt andere kleuringen en effecten) bloot te stellen; het iriseren in de kapeloven, wanneer het voorwerp in koude toestand met een verflaag van geïriseerde glazuur overdekt wordt alvorens in de kapeloven herbakken te worden. De eerste werkwijze is kenmerkend voor de glaskunst, de tweede behoort tot de pottenbakkerskunst maar het glas leent zich er eveneens toe.
In de werkplaatsen van Loetz werden talrijke creaties van andere kunstenaars uitgevoerd, onder andere van Kolo Moser en zijn leerlingen van de Kunstgewerbeschule voor rekening van de firma Bakalowits & Söhne. Ook de Wiener Werkstätte heeft ertoe bijgedragen door ontwerpers van Josef Hoffmann, Michael Powolny, Dagobert Peche, Otto Prutscher, Milla Weltmann, Leopold Bauer en tal van anderen. Maar de belangrijkste ontwerper is Maria Kirschner. Zij werkte van 1903 tot 1914 voor de firma Loetz. In deze periode heeft zij meer dan tweehonderd modellen voor bekers en vazen ontworpen.
De met puncteerstang aangebrachte signatuur werd soms op de voor het buitenland bestemde voorwerpen aangebracht. Voor 1918 vindt men op de grootste meerderheid van de objecten geen aanduiding of signatuur.